dinsdag 8 januari 2013

Verwerkingsopdrachten leesdossier

Verwerkingsopdrachten leesdossier

Eerste verwerkingsopdracht
Literatuur
2) Zowel De schilder en het meisje van Margriet de Moor als Een schitterend gebrek van Arthur Japin zijn historische romans. De Moor koos voor haar roman voor een auctoriale vertelinstantie, Japin koos voor een ik-vertelinstantie. Welke vertelinstantie heeft jouw voorkeur?
Schrijf een beschouwing van ongeveer 250 woorden waarin je de romans van De Moor en Japin wat betreft gekozen vertelinstantie met elkaar vergelijkt en jouw voorkeur beargumenteerd naar voren laat komen.

Ik geef de voorkeur aan een ik-vertelinstantie. Ik vind het prettiger om van het personage zelf te horen hoe het zich voelt en waarom het iets doet. Ik kan me veel beter inleven bij het personage als ik alles beleef vanuit zijn of haar oogpunt. Bij een auctoriale vertelinstantie vind ik het soms zelfs vervelend dat de vertelinstantie alles weet. 


Zo ook in het boek van Margriet de Moor. Ik vind het begin van het boek erg goed, maar vanaf het moment dat de vertelinstantie begint te vertellen dat iedereen die dagenlang binnen heeft gezeten, zich geen raad weet met de plotselinge buitenlucht weet ik dat we te maken hebben met een vertelinstantie die alwetend is en gaat het me irriteren. Ik vind het fijner als het hoofdpersonage zelf vertelt over wat er gebeurt. In het boek Een schitterend gebrek vertelt het hoofdpersonage  zelf dingen over de stad Amsterdam en hoe het voor haar voelde om telkens opnieuw afgewezen te worden. Natuurlijk snapt iedereen dat het niet leuk is om afgewezen te worden, maar om dat door middel van een auctoriale vertelinstantie te horen vind ik dat vervelend, terwijl ik het goed vind voor een verhaal als de ik-vertelinstantie het vertelt. 

Ook vind ik het fijn om dingen van het personage zelf te horen. Anders is het zo onwerkerlijk. Het is dan net als wanneer iemand in het echte leven tegen je zou vertellen dat iemand anders het niet fijn vond om opgesloten te zitten in een kerker. Ik hoor het in het echt liever van die persoon zelf en dat zelfde heb ik bij boeken. Ik heb liever dat een personage zelf vertelt over de gebeurtenissen die het meemaakt, dan wanneer de auctoriale vertelinstantie dat doet. 

Misschien vind ik de auctoriale vertelinstantie wel te mysterieus, het is eigenlijk een persoon die je vertelt wat er gebeurt, maar tegelijk is het geen persoon want de vertelinstantie heeft geen identiteit. Dat vind ik gewoon raar. Daarom heb ik liever een ik-vertelinstantie dan een auctoriale vertelinstantie.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Tweede verwerkingsopdracht
Literatuur
3) In Een schitterend gebrek is gekozen voor een ik-verteller die ook als focalisator optreedt. Herschrijf in maximaal 400 woorden de gebeurtenissen in het anatomisch theater met de professor als verteller en focalisator.


Ik ging destijds niet vaak uit, maar die ene keer dat ik toch in de kroeg kwam, zag ik haar. Ik kon duidelijk zien dat ze pokkenpatiënt was. Fantastisch. Net wat ik nodig had. Ik liep op haar af en begon een praatje met haar. Ze leek eerst wat angstig, maar ik stelde haar snel op haar gemak. Ik vertelde dat ik chirurgijn was en geïnteresseerd in haar fysionomie, die ik aan mijn studenten als voorbeeld ter bestudering van een pokkenpatiënt wilde stellen. Ik wilde haar ervoor betalen. Ze stemde tot mijn genoegen in.

Ik was al begonnen in het anatomisch theater om aan mijn twintigtal studenten uit te leggen wat er zou gaan gebeuren, toen ze binnenkwam. Gelukkig, ik was al bijna bang dat ze niet meer zou komen. Ze deed haar bovenkleding uit. Ze was duidelijk niet op haar gemak, dus ik was voorzichtig. Ik deed niets zonder haar toestemming te vragen. Ik vatte ook alles samen wat ik in het Latijn besproken had, want ik ging er van uit dat ze er niet van begreep. Ik keek dan ook raar op toen ze me meedeelde dat ik niets meer voor haar hoefde te vertalen omdat ze mijn les kon volgen zonder de vertaling. Ik liet de studenten de plaatsen op haar lichaam zien waar de pokken haar hadden aangevreten. Ik vroeg haar enkele bewegingen te maken die haar zichtbaar moeite kostten. Precies wat ik dacht, dat kwam namelijk door verharding van littekens en spierweefsel. Na een uur moest ik de les stoppen en gaf ik haar haar geld. Ze hoefde zich alleen nog om te kleden en liep daarvoor naar de andere zaal. Ik keek naar haar naakte bovenlichaam. Het was lang geleden dat ik een vrouw had aangeraakt. Ik pakte een tinctuur en ging naar de zaal waar ze heen was gelopen. Ze was net bezig met omkleden. Ze schrok zichtbaar toen ik binnenkwam. Ik stelde haar gerust en bood haar aan haar in te wrijven met het tinctuur om haar littekens te verzachten. Ze liet me toe. Terwijl ik daarmee bezig was wilde ik meer. Ze gaf me mijn zin. Mijn handen dwaalden af en toen nam ik haar, in de omkleedzaal. Ze ging naar huis en daarna heb ik haar nooit meer gezien.

3 opmerkingen:

  1. beste Thamar,

    Je hebt je echt goed ingeleefd in de professor, dat vind ik heel knap. Ik zelf zou dat niet zo goed kunnen, omdat je maar weinig van die man afweet. Ook de eerste alinea vind ik erg goed geschreven want zo krijg je een beetje een indruk van de professor.

    Ik vind het alleen wel een beetje jammer dat je alles in de verleden tijd hebt geschreven, als je begrijpt wat ik bedoel. Nu doe je dat natuurlijk als snel, maar probeer er eens op te letten. Zo creëer je namelijk iets meer spanning in het verhaal.

    Er zaten verder geen spelfouten in zover ik kon ontdekken behalve hier:
    'want ik ging er van uit dat ze er niet van begreep.' volgens mij moet het ' er niets van begreep' zijn.

    Verder heb je je prima aan de opdracht gehouden.

    Anouk

    BeantwoordenVerwijderen
  2. ow ik zie nu pas dat die 2 opdrachten aan elkaar zitten dus ik zal nog even reageren op de eerste,
    sorry.

    Je hebt een goed stuk geschreven en je menig goed naar voren gebracht.
    En wat ik heel goed vind is dat je veel argumenten hebt gebruikt en die ook hebt uitgelegd. Je kan namelijk wel iets vinden maar iets goed onderbouwen is een tweede en vaak doe je dat het beste met veel argumenten. En dat is soms nog best wel eens lastig, maar jij bent er keurig in geslaagd.

    Een kleine tip, begin niet te vaak met ik in een zin en al helemaal niet de eerste zin van een verhaal. als je de volgende keer daarop let dan is het perfect.

    Anouk

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Beste Thamar,

    Leuk gedaan allebei de opdrachten.
    Wat betreft de eerste opdracht vind ik dat je goede voorbeelden en argumenten gebruikt. Daarnaast geef je leuk aan hoe je je bij een auctoriale vertelinstantie voelt.

    De tweede opdracht met de stoute professor heb je leuk geschreven. Qua kritiek heb ik niets meer dan dat Anouk al heeft vermeld.

    Top gedaan en hopelijk blijf je zo doorgaan.

    Gerben

    BeantwoordenVerwijderen